Alphens Warmte Collectief binnen halfjaar een feit

ALPHEN AAN DEN RIJN - Inwoners en ondernemers in Alphen aan den Rijn kunnen binnen een halfjaar gebruik maken van het aanbod van het Alphens Warmte Collectief (AWC), dat de energietransitie in de gemeente mogelijk zal maken. Dat zegt Ludo Goudkuil, een van de initiatiefnemers van het AWC vanuit ondernemersvereniging VOA, in de juni-uitzending van Zaken zijn Zaken bij Studio Alphen.

Gezamenlijk in energietransitie

Het AWC is ontstaan uit de inventarisatie van welke lokale bedrijven met hun innovaties gezamenlijk kunnen helpen bij het vormgeven van de energietransitie. De op te richten stichting zal samen met lokale ondernemers een goed aanbod verzorgen dat onder meer bestaat uit gedegen onderzoek naar wat nodig is in een wijk, tot aan het compleet vervangen van de gasvoorziening in woningen.

Met het gezamenlijke aanbod van het AWC worden de inwoners ontzorgd, omdat je zelf als particulier alle partijen moet benaderen en dat is veel werk. Daarvoor komt nu een gezamenlijk loket van alle deelnemende bedrijven, dat bespaart tijd en geld voor iedereen. In het aanbod van het AWC zit ook de mogelijkheid van financiering, waarbij het collectief kijkt welke subsidies mogelijk zijn en welke aanvullende middelen beschikbaar zijn via geldverstrekkers.

Nog halfjaar nodig

Hoe staat het met de oprichting van de stichting AWC? Goudkuil zegt hierover: ‘De businesscase is rond en nu is het kijken met welke partijen de financiering geregeld kan worden. Dit zal binnen een halfjaar staan.’

De focus van het AWC ligt op de energietransitie bij woningen. Goudkuil: ‘Andere organisaties zoals mijn eigen bedrijf Goudkuil Bouwmanagement zijn meer gericht op het bedrijfsleven en minder op de particulier. Maar het klopt dat veel ondernemers nog zoekende zijn, deze willen we uiteindelijk ook ontzorgen met AWC en dat begint met een visie en een plan.’

Voor bedrijven heeft Goudkuil nog wel een advies. ‘Er liggen heel veel subsidies voor bedrijfsterreinen, maar dan moeten de bedrijven wel verenigd zijn. Dat is nog te weinig het geval en dat zouden zij onderling beter kunnen regelen.’