Zorgen over toenemende droogte: bekijk hier de kaarten van onze regio

Foto: Michel Looyenstein

GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN - Ondanks het natte voorjaar en de heftige buien de afgelopen 24 uur zijn er nog steeds grote zorgen over droogte in de regio. Door de grote hoeveelheid regenval was de bodem begin mei en juni weliswaar vochtiger dan normaal, maar dat kan snel veranderen. Dat blijkt uit gegevens die Omroep West, mediapartner van Studio Alphen, heeft ontvangen van onderzoeksbureau HydroLogic, die ook laten zien waar en wanneer er droogte heerste.

Juist na de donkere coronawinter liet het zomergevoel dit jaar lang op zich wachten. In het voorjaar lag de temperatuur vaak onder het gemiddelde van de voorgaande dertig jaar en mei 2021 was de natste meimaand sinds 2013.

Vervelend voor de vele mensen die last hadden van een winterdip, maar gunstig voor de natuur, veiligheid, economie en ironisch genoeg ook de waterpret. Hydroloog Eise Harkema van Staatsbosbeheer ziet dat de vegetatie een kans krijgt om enigszins te herstellen na drie jaren met lange droge periodes. En volgens dijkgraaf Rogier van der Sande van het Hoogheemraadschap Rijnland is voldoende water van belang om dijken in stand te houden, aan landbouw te kunnen doen en om zwemwater schoon te houden.

Satellietbeelden en grondgebruik

In juni is het tot dusver een stuk droger dan in mei, maar aan het begin van de maand was de bodem nog behoorlijk nat. Dit blijkt uit gegevens die Omroep West heeft opgevraagd bij onderzoeksbureau HydroLogic, die laten zien hoeveel vocht er zich ongeveer bevindt in het onverzadigde deel van de bodem. In het laaggelegen West-Nederland is dit met name de bovenste bodemlaag, waaruit planten hun water halen.

In onderstaande kaart kan je zien hoe droog de regio was op 1 juni 2021, in vergelijking met nagenoeg dezelfde periode in de jaren 1970 tot en met 2019. Via het menu rechtsboven kan je de mate van droogte van dit moment vergelijken met die in voorgaande drie jaren. Als een gebied blauw is, is het natter dan het gemiddelde van de voorgaande vijftig jaar. Rood betekent dat het droger is.

De gegevens die zijn verstrekt door HydroLogic zijn afkomstig uit het informatieproduct OWASIS, dat gebruik maakt van satellietbeelden, een neerslagradar, bodemeigenschappen en grondgebruik in combinatie met het Landelijk Hydrologisch Model. OWASIS wordt door Rijkswaterstaat en de waterschappen gebruikt om waar nodig aanpassingen te doen in het watersysteem, voor het voorkomen van wateroverlast en watertekort.

Recorddroogte

Uit de kaart valt af te lezen dat de bodem op 1 juni bijna overal vochtiger was dan in voorbije jaren, die te boeken staan als zeer droog.

Hoe droog de bodem bijvoorbeeld was in 2020, is goed te zien in onderstaande kaart. Met name het voorjaar was toen erg droog. Nederland koerste zelfs af op een record, tot in juli het weer iets omsloeg. De hitte van augustus zorgde vervolgens dat de natuur het alsnog zwaar te verduren kreeg

Grootste droogte in 50 jaar

Maar dat de bodem recent nog vrij nat was, is geen reden om al te juichen. Dat een nat voorjaar geen garantie biedt voor de zomer, bleek wel in 2018. Hieronder is te zien hoe na juni de regio steeds roder kleurt. In augustus werd op sommige plekken zelfs de grootste droogte in 50 jaar gemeten. De vrees is dat komende zomer een soortgelijk scenario zich aftekent.

De kaarten laten zien hoe droog de grond is, maar niet wat de gevolgen hiervan zijn voor de natuur. De hoeveelheid vocht in de bovenste bodemlaag kan snel veranderen door een regenbui of juist het uitblijven daarvan, vertelt Minke Wuis van Hydrologic, zeker in het westen van het land: 'De bodem ligt hier lager met de grondwaterstand dichter onder het maaiveld dan op andere plekken, en door het poldersysteem zijn er veel watergangen waarbij het vochtpeil makkelijker is bij te sturen dan in bijvoorbeeld hogere delen van Nederland.'

Aanvoer vanuit de Rijn

Zo vertelt ook Eise Harkema: 'In West-Nederland wordt water makkelijker bijgevuld vanuit de rivieren. In hoger gelegen gebieden kom je er met aanvoerwater moeilijker bij. Dan ben je vooral afhankelijk van neerslag.'

In het noorden van Zuid-Holland vindt deze aanvoer vooral plaats vanuit de Rijn. 'Zolang die voldoende stroomt, hebben we ook in een droog jaar genoeg afvoerwater om sloten te vullen en de grondwaterstand op peil te houden.' Dat klinkt geruststellend, maar volgens Harkema werden afgelopen jaren de grenzen vaak opgezocht: 'Dit is niet de enige plek langs de Rijn waar het droog is en mensen water aftappen, bovendien zijn agrariërs er ook beter in geworden.'

Grenzen opzoeken

Drie dingen die het volgens Harkema nog moeilijker maken, zijn de groeiende bevolkingsdichtheid, nieuwe industrieën - zoals datacentra - die veel koelwater nodig hebben en een stijgende zeespiegel die meer zout water de rivieren in drukt. 'Dit vergroot de vraag naar Rijnwater.' En dat terwijl er in het regenachtige Nederland nog altijd meer water valt dan er verdampt. ‘In de winter hebben we juist overlast van te veel water.’

Ook om dat water op te sparen, worden de limieten van het toelaatbare verkend. 'We proberen zoveel mogelijk water vast te houden, tot op het punt dat we er bijna last van krijgen. En we moedigen ook anderen aan om dit te doen.' Vooral voor agrariërs vraagt dit om een andere instelling, zegt Harkema: 'Zij moesten eerst hun sloten leegpompen om wateroverlast te voorkomen, nu kunnen ze dat water het beste vasthouden, omdat ze 's zomers vaak niet meer met oppervlaktewater mogen sproeien. Ik denk echt dat hierin grenzen gaan verschuiven.'