10 jaar na Ridderhofdrama: ‘Ik heb veel meegemaakt, maar dit steekt wel overal bovenuit’

Foto: Ron Hoenson (Holland-Pictures.com)

ALPHEN AAN DEN RIJN - 'Dit incident is bij uitstek het meest indrukwekkende incident wat ik in mijn eigen 40-jarige loopbaan heb meegemaakt', vertelt politieman Jaco van Hoorn als hij voor een serie terugblikken met Omroep West en Studio Alphen herinneringen ophaalt aan 9 april 2011. Komende vrijdag is het precies tien jaar na het Ridderhofdrama, de dag waarop Ali van Doorn (91), Frans Deutekom (80), Margriet ter Haar (68), Michael Boezaard (49), Constanze Boezaard (45) en Nadim Youssef (42) om het leven komen.

Van Hoorn is dan plaatsvervangend korpschef van politieregio Hollands Midden, waar Alphen onder valt, als die bewuste zaterdag zijn telefoon gaat. De beller is Krishna Taneja, de toenmalige districtschef van de Alphense politie. Hij vertelt Van Hoorn wat er gaande is. 'Hij vertelde er ook bij dat er zeer waarschijnlijk ook een aantal gewonden of doden waren gevallen.' Van Hoorn gaat gelijk naar huis. 'Mijn vrouw zei later: dit heb ik nog nooit gezien, dat je zo reageerde op iets dat er in je werk gespeeld heeft.'

Inmiddels in uniform springt hij in de auto en rijdt naar Alphen, onderweg wordt hij bijgepraat. Van Hoorn gaat richting het gemeentehuis. Hij neemt plaats in een beleidsteam. 'Toen was al duidelijk dat er meerdere dodelijke slachtoffers en meerdere ernstig gewonde mensen waren.' Het beleidsteam probeert een beeld te krijgen wat er nu precies aan de hand is. Er gaan geruchten over meerdere daders en explosieven, maar die kloppen niet.

Schoolshooting

'Al snel werd duidelijk dat het een soort van shooting is', vertelt Van Hoorn. Hij vergelijkt de situatie in Alphen daarmee met schietpartijen op Amerikaanse scholen. Van Hoorn heeft zich er in verdiept naar aanleiding van een incident in Hazerswoude even daarvoor. 'Ik heb daar nog met burgemeesters in mijn district over dergelijke situaties gesproken. Terwijl het in Nederland voor Alphen aan den Rijn nog nooit gebeurd is.'

Samen met onder meer toenmalig burgemeester Bas Eenhoorn is Van Hoorn de hele dag op het gemeentehuis. Ze ondersteunen hun collega's op straat en denken na over de dagen na de aanslag. Ook geven ze die dag drie of vier persconferenties, herinnert Van Hoorn zich. Het is half elf 's avonds als hij het gemeentehuis verlaat en richting het politiebureau gaat.

Indrukwekkende debriefing

Daar praat een groep agenten over de gebeurtenissen van die dag: 'Daar ben ik tussen gaan zitten. En dat vond ik ook een heel indrukwekkend moment want toen realiseerde ik me zo'n beetje voor het eerst wat een enorm uitzonderlijk incident dit geweest is en wat ook de impact op die heel ervaren collega's ook was.'

Eenmaal thuis die nacht wacht zijn gezin. 'Mijn vrouw en zoon waren nog op, terwijl het diep in de nacht was.' Ze hebben alles gevolgd via de tv. 'Toen hebben we maar even een glaasje met elkaar gedronken en toen heb ik maar even mijn eerste verhaal verteld, die waren heel erg onder de indruk'.

Nazorg en herdenken

De volgende dagen staan in het teken van de nazorg. 'We hebben veel aandacht besteed aan nazorg, ook de gemeente, slachtofferhulp en ook anderen. 'Zo krijgen alle nabestaanden en gewonden een familierechercheur toegewezen en een persoon wordt verantwoordelijk voor de nazorg voor betrokken agenten.

In de dagen erna zijn er ook herdenkingen: zondagmiddag is er een bijeenkomst met nabestaanden. En die avond bezoeken premier Mark Rutte en justitieminister Ivo Opstelten het winkelcentrum en praten met betrokkenen.

Ridderhof weer open

Drie dagen na de schietpartij gaat de Ridderhof weer open. Er is opgeruimd en de ergste schade is dan hersteld. 'We hebben toen alle winkeliers naar hun winkel begeleid. Je kunt je voorstellen dat dat een emotionele gebeurtenis was omdat ze halsoverkop hun winkel hadden moeten verlaten en nog niet terug geweest waren.'

Als het winkelcentrum diezelfde dag open gaat stromen de Alphenaren toe. 'Je voelde de emotie', vertelt Van Hoorn. 'Winkeliers kregen bloemen, collega's werden aangesproken en er werd veel waardering geuit. Maar het was ook samen treuren over wat Alphen overkomen was.'

Terugkijken

Tien jaar later en terugkijkend concludeert Van Hoorn: 'Ik heb veel meegemaakt, maar dit steekt wel overal bovenuit.' Persoonlijk maakt het hem duidelijk dat je niet altijd alleen maar politieman bent, maar ook mens bij dit soort ingrijpende gebeurtenissen. 'Ik heb me wel gerealiseerd dat je echt als mensen meedoet en dat er echt voor iedereen een grens is waarop je je niet professioneel op afstand kunt houden.' Wat hem het meest bijblijft? 'Hoe iemand in zo'n korte tijd zoveel leed kan aanbrengen. Het is zoveel leed en zoveel kwaad bij elkaar.'

Over dader Tristan van der Vlis, die na ruim 100 kogels te hebben afgevuurd zelfmoord pleegt, zegt hij: 'Er is natuurlijk niks om het te verzachten of goed te praten maar het is natuurlijk een door en door trieste jongen geweest'. Ook heeft hij de afgelopen tien jaar wel eens aan de ouders van Tristan gedacht. 'Zij zijn op hun manier zijn ook wel door een soort hel gegaan en misschien nog wel', al benadrukt Van Hoorn dat 'je dat niet kunt vergelijken met het leed van anderen die mensen hebben moeten verliezen of gewond geraakt zijn.'