Verdachte moordzaak Hazerswoudse Esmee: ‘Ze leefde niet meer na stoeipartij’

Het huis van moordenaar Olivier van de G. Foto: John van der Tol
Foto: John van der Tol

HAZERSWOUDE-RIJNDIJK - 'Er zijn dingen waar ik me niet bewust van ben geweest.' Dat zei verdachte Olivier van de G. tijdens de eerste inleidende zitting over de moord op de 14-jarige Esmee uit Hazerswoude-Rijndijk. Volgens het Openbaar Ministerie (OM) is het meisje gewurgd door de 32-jarige Van de G. Hij heeft verklaard dat ze bij hem in huis stoeiden en dat hij zich niet kan herinneren hoe hij Esmee in een wurggreep nam. Dat meldt mediapartner Omroep West, die de zitting vrijdag bijwoonde.

Tijdens de eerste zitting bleek dat Olivier van de G. en de 14-jarige Esmee elkaar kenden van een schoolkamp en een stage. Esmee had tegen haar ouders geheimzinnig gedaan over het contact met Van de G. Toen het meisje op 30 december niet op tijd thuis was gekomen, heeft de familie de politie gebeld en haar als vermist opgegeven. 'De naam van Van de G. werd daarbij genoemd', zei de rechter.

Uit de tablet van Esmee bleek die avond al dat er contact was tussen de twee. De rechter vertelde dat in de nacht van 30 op 31 december de politie twee keer bij de verdachte langs is geweest. 'Maar u reageerde verbaasd op haar vermissing.'

In de avond nog bij verdachte thuis

Toen Esmee op 31 december 's ochtends in een parkje aan de Melchior Treublaan werd gevonden, zat er bloed op haar lichaam. 'Haar telefoon was rond 19.00 uur in de buurt van uw woning geweest. Verder heeft de politie seksueel getinte berichten van u op haar Instagram-account gevonden, die later zijn gewist.' Van de G. werd op oudjaarsdag om 13.00 uur door de politie aangehouden.

Olivier van de G. heeft in februari een uitgebreide verklaring afgelegd. De twee hadden een meer dan vriendschappelijke relatie met elkaar en hadden ook seks met elkaar. Op de avond van 30 december was Esmee bij de verdachte thuis. 'Er waren irritaties, ze had haar enkel gestoten', leest de rechter voor uit de verklaring van de verdachte.

Dood na stoeipartij

'Er volgde een stoeipartij, dat was voor u beide een manier om rustiger te worden. U heeft haar met de schouders tegen de grond gedrukt. U kunt zich niet meer herinneren hoe u haar in de wurggreep heeft genomen. U merkte dat er iets aan de hand was en ontdekte dat ze niet meer leefde. U wilde verbergen dat u iets met elkaar had en dat ze bij u was geweest, daarom heeft u haar op de fiets meegenomen en in het park gelegd', zo vertelde de rechter.

De verdachte kwam tijdens de zitting kort aan het woord: 'Wat er gebeurd is, is verschrikkelijk. Er zijn dingen gebeurd waar ik me niet bewust van ben geweest. Ik wil zorgen dat dit zo goed mogelijk wordt opgelost, dat ik zoveel mogelijk doe om dit proces te helpen.'

Onderzoek in Pieter Baan Centrum

Job Knoester, de advocaat van de verdachte, laat weten dat Van de G. zijn volledige medewerking aan het onderzoek heeft verleend en geen bezwaar maakt tegen psychisch onderzoek in het Pieter Baan Centrum. Dat laatste is een wens van het OM. 'Hij wil weten wat er is gebeurd en waarom het is gebeurd.'

De advocaat benadrukt dat er geen sprake is van moord, omdat Van de G. in een opwelling handelde. Knoester wil alle 25.000 appjes inzien die Esmee en de verdachte aan elkaar hebben verstuurd. 'Ze dreigde vanuit boosheid met suïcide, maar de verdachte wilde haar daarvan weerhouden. En ze dreigde de relatie te openbaren, ook nog in december. Maar mogelijk dreigde ze vaker de relatie te openbaren, dat moet blijken uit de duizenden appjes.'